Verbale ontwikkelingsdyspraxie
Kinderen die niet of héél moeizaam leren praten of verkeerd spreken. Het is een bron van zorg voor ouders, omdat de communicatie problematisch wordt. Bij de aandoening verbale ontwikkelingsdyspraxie is deskundige hulp nodig. Het lost zich niet vanzelf op. Hierbij kan de logopedist een grote rol spelen. Eerst bij onderzoek naar spraak en mondmotoriek, vervolgens met een gerichte therapie. Omdat die al kan starten als een kind 2 of 3 jaar oud is, gebruikt de logopedist speelse technieken. Voor resultaat is geregelde en consequente training nodig, ook thuis. Ouders of verzorgden krijgen daarbij begeleiding.
Mijn kind praat nog niet. Of praat op een verkeerde manier.
Praat je kind nog niet als het 2 jaar oud is? Of spreekt het veel klanken verkeerd uit? Dat kan lastig zijn voor jou als ouder en voor je kind. Een logopedist kan onderzoeken wat er aan de hand is. En je kind helpen met praten. Ook kan de logopedist vertellen wat jij kan doen om je kind te helpen.
Met welke problemen kun je terecht bij een logopedist?
Misschien herken je bij je kind een van de problemen hieronder.
- Je kind praat nog helemaal niet.
- Je kind zet klanken in een verkeerde plek in een woord.
- Je kind gebruikt klanken die je niet herkent.
- Je kind heeft problemen met eten, drinken, blazen en zuigen.
Herken je de punten hierboven? Misschien is er een medische oorzaak. Bijvoorbeeld een taalontwikkelingsstoornis of verbale ontwikkelingsdyspraxie. Of je kind hoort niet goed. Soms is er geen medische oorzaak. Je kunt al met een kind van 2 jaar naar de logopedist.
Hoe kan een logopedist je kind helpen?
De logopedist onderzoekt eerst of je kind slecht praat door een medische oorzaak. Eventueel verwijst ze je kind naar een specialist. Bijvoorbeeld een keel-, neus- en oorarts of een kinderarts. De logopedist kan jou en je kind op deze manieren helpen:
- De logopedist legt jou uit hoe je je kind kunt stimuleren om te gaan praten.
- Praat je kind nog helemaal niet? Dan kijkt de logopedist naar voorwaarden om te gaan praten. Is er een doel om te gaan praten? Kan je kind iemand nadoen? Is er oogcontact?
- Ze traint je kind in deze dingen:
- meer woorden te gebruiken.
- woorden goed uitspreken.
- goede zinnen maken.
- Heeft je kind verbale ontwikkelingsdyspraxie? Dan helpt de logopedist je kind de bewegingen van de tong, kaak en gehemelte goed te maken.
Wat kan je zelf doen?
Het is belangrijk dat je kind veel oefent. Help je kind met oefenen, en pas de tips toe die de logopedist je geeft.